oktober 2025 - STUDIO-LEGALE
Maand: oktober 2025
PDF

In een wereld waar luxe en personalisatie steeds meer hand in hand gaan, is het geen verrassing dat klanten bereid zijn om duizenden euro’s neer te tellen voor een exclusief uurwerk. Het personaliseren van een standaardmodel met diamanten of edelstenen, een techniek die bekendstaat als “icing”, is vandaag bijzonder populair.

Dit klinkt op het eerste gehoor als een esthetische upgrade voor wie de standaard Rolex net iets te gewoon vindt. Maar wie denkt dat schoonheid geen prijs kent, heeft buiten het merken- en auteursrecht gerekend.

Dat blijkt eens te meer uit het arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen van 17 april 2024, waarin de rechter een zware streep trok door het verdienmodel van een Antwerpse juwelier die zich op deze icing-praktijk toelegde. De rechter kende aan Rolex een schadevergoeding toe van maar liefst €160.371,60.

Wat is “icing” van horloges?

Icing verwijst naar het bewerken van bestaande horloges, doorgaans van luxemerken zoals Rolex, door er diamanten of andere edelstenen op aan te brengen. Elementen zoals de wijzerplaat worden vervangen of aangepast, terwijl het originele merkteken zichtbaar behouden blijft. De aangepaste horloges worden vervolgens opnieuw te koop aangeboden, vaak met gebruik van originele promotiematerialen van het merk.

Wat voor de consument een unieke upgrade lijkt, is voor de merkhouder een ernstige aantasting van haar controle over kwaliteit, design en reputatie.Deze praktijk is populair in de wereld van high-end juweliers en influencers, maar juridisch bijzonder risicovol.

Icing raakt namelijk aan twee belangrijke beschermingsvormen in het intellectueel eigendomsrecht:

  • Merkenrecht: het gebruik van het merk “Rolex” op aangepaste producten, in advertenties of op websites.
  • Auteursrecht: het bewerken van het originele ontwerp van de wijzerplaat of het gebruiken van officiële productfoto’s zonder toestemming.

Hof van Beroep Antwerpen 17 april 2024: T.L.W. versus Rolex

De Zwitserse horlogefabrikant Rolex SA en haar Benelux-dochter spanden een zaak aan tegen de Antwerpse vennootschap T.L.W. BV. Die laatste baatte een juwelierszaak uit waar bestaande, originele Rolex-horloges werden “geïced” (nl. voorzien van diamanten) en vervolgens opnieuw werden verkocht onder de naam “Rolex”. Daarnaast gebruikte T.L.W. ook originele product- en promotieafbeeldingen van Rolex op haar website en sociale media.

Rolex stapte naar de rechter wegens inbreuk op haar auteursrechten en merkrechten. In een eerdere procedure werd al een stakingsbevel verkregen bij de ondernemingsrechtbank te Brussel (vonnis van 7 juli 2021), waarmee de verkoop en promotie van de bewerkte horloges werd verboden op straffe van een dwangsom.

Het arrest van 17 april 2024 betrof de schadevergoeding die Rolex vorderde wegens de vastgestelde inbreuken.

Oordeel van het hof

Het hof bevestigde de inbreuken op het merkenrecht en het auteursrecht. De rechter oordeelde dat de aanpassingen via icing fundamenteel afbreuk deden aan het oorspronkelijke ontwerp en het commerciële imago van Rolex.

Aangezien Rolex zelf geen toestemming zou geven voor zulke bewerkingen, noch voor het gebruik van promotiemateriaal of merkvermeldingen, kon geen klassieke licentievergoeding worden aangenomen.

Het hof begrootte de schadevergoeding daarom ex aequo et bono op 40 procent van de verkoopprijs van elk aangepast horloge, wat leidde tot een totaal van 160.371,60 euro.

De sleutel: reputatieschade

Wat Rolex overtuigend aantoonde, was dat het icing haar reputatie als kwaliteitsmerk ondermijnde:

  • De horloges voldeden niet aan de interne kwaliteitseisen van Rolex.
  • Het publiek kon moeilijk onderscheiden of het ging om officiële Rolex-producten.
  • De bewerkingen met edelstenen kwamen niet van Rolex, maar straalden wel haar merk uit.
  • Rolex-horloges zijn ontworpen om een specifieke, hoogwaardige stijl uit te stralen, bepaald door onder andere de vormgeving van de wijzerplaat.
  • Dit leidde tot verwarring bij consumenten en kon het vertrouwen in het merk aantasten.

Het hof benadrukte dat deze reputatieschade op zichzelf voldoende grond was voor een billijke schadevergoeding, ook al kon Rolex geen concreet winstverlies aantonen.

De bescherming van het merk strekte zich uit tot de manier waarop het visueel op de markt verschijnt en hoe het door consumenten wordt ervaren.

Een internationale blik op icing

De Antwerpse zaak staat niet op zichzelf. Zowel in de Verenigde Staten als in Zwitserland moest de rechter recent oordelen over de grenzen van het “customizen” van Rolex-horloges.

In de zaak Rolex Watch USA, Inc. v. BeckerTime LLC voor het Fifth Circuit Court of Appeals, ging het om een Amerikaanse verkoper die Rolex-horloges aanpaste met aftermarket-diamanten, nieuwe bezels en niet-originele bandjes. Deze werden vervolgens opnieuw verkocht als “Genuine Rolex”.

Volgens de rechtbank ging het hier niet om eenvoudige restauratie, maar om ingrijpende wijzigingen die de aard van het product fundamenteel veranderden. Daarom viel dit onder de “misnomer exception”: het product mocht wettelijk geen “Rolex” meer genoemd worden. Toch kreeg Rolex geen winstafdracht toegekend wegens verjaring en het ontbreken van kwade trouw.

In een zaak voor het Zwitserse Federale Hof werd een Geneefs bedrijf aangeklaagd dat Rolex-horloges bewerkte (met o.a. hergebruik van het Rolex-merk op aangepaste dials). De rechtbank maakte een belangrijk onderscheid tussen verkoop van aangepaste horloges op de markt (dat wél merkinbreuk vormt) en het aanpassen van horloges op vraag van de eigenaar-klant, wat onder bepaalde voorwaarden toelaatbaar is. Enkel dat laatste werd als toelaatbaar beschouwd, op voorwaarde dat er geen verwarring wordt gewekt over een band met Rolex. Disclaimers en transparante communicatie spelen hierbij een belangrijke rol.

De Belgische rechtspraak volgt de Amerikaanse lijn dat ingrijpende wijzigingen aan originele producten met behoud van het merkgebruik een merkinbreuk vormen.

Besluit: Icing als juridische mijnenveld

Het arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen is een duidelijke waarschuwing voor handelaars die originele producten van luxemerken bewerken en doorverkopen. De praktijk van “icing” mag commercieel aantrekkelijk lijken, maar vormt een mijnenveld in termen van intellectuele eigendomsrechten.

Wie reputatie en beeldvorming van een merk als Rolex schaadt, kan rekenen op een zware financiële sanctie, zelfs zonder dat de precieze schade mathematisch kan worden bewezen.

Bedenking

Wij zijn van mening dat er mogelijk wél enige juridische speelruimte te bestaan wanneer een consument zélf eigenaar is van het horloge en expliciet vraagt om een personalisatie op maat, zonder dat het product daarna opnieuw wordt verkocht of als officiële Rolex wordt gepresenteerd.

Zolang er geen verwarring ontstaat over een band met het merk, zou dit volgens ons minder snel als merkinbreuk worden gezien.


 

HvB Antwerpen 17 april 2024, NjW 2025, afl. 521, 344.

https://abovethelaw.com/2024/03/the-rolex-ip-cases-prove-that-time-is-money/

https://www.ie-forum.be/artikelen/bewerken-van-horloges-resulteert-in-inbreuk-op-auteursrechten

https://www.thefashionlaw.com/as-the-right-to-repair-movement-gains-steam-what-

does-it-mean-for-luxury

https://www.jckonline.com/editorial-article/rolex-sues-la-californienne/

https://www.hodinkee.com/articles/swiss-high-court-rules-on-lawsuit-between-rolex-and-customizer-artisans-de-geneve

 

 

 

PDF

Als student is het vinden van de juiste woonplek cruciaal voor een succesvolle en zorgeloze tijd op kot. Een kotlabel biedt een betrouwbare oplossing door het aanbieden van kwaliteitsvolle studentenkamers die voldoen aan alle eisen van comfort, veiligheid en locatie. In dit artikel ontdek je alles wat Kotlabel te bieden heeft en waarom het dé keuze is voor jouw ideale kot!

Het ontwerpdecreet betreffende het kotlabel is op 8 maart 2024 bekrachtigd en is inwerking getreden op 1 januari 2025.

Het kotlabel is een K aan de voorgevel van een studentenwoning. Het geeft de kwaliteit van een kotgebouw aan. De koten dienen aan minimale criteria van: woningkwaliteit, contractkwaliteit en studentvriendelijkheid te voldoen.

Woningkwaliteitsnormen: Het kot heeft een conformiteitsattest. Als u strengere veiligheids- en kwaliteitsnormen voor kamers oplegt, moet het kot ook hieraan voldoen en een bewijs van de gemeente hiervoor hebben.

Brandveiligheidsnormen: Het kot heeft een positief brandweerattest of een attest van een brandtoezichter die werd aangewezen door de burgemeester.

Vergunde woongelegenheden: Het aantal woongelegenheden is vergund of vergund geacht conform de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009.

Een gemeente kan vrij kiezen om het Vlaams kotlabel in te voeren maar is hier niet toe verplicht. Indien zij hiervoor opteren kunnen er geen extra vereisten voor het kotlabel worden opgelegd. Het Vlaams kotlabel moet dus worden uitgereikt zodra een kot een de juiste vereisten voldoet. Op deze wijze wordt de uniformiteit van het kotlabel behouden.

Een meldingsplicht wordt voorzien voor iedere persoon of rechtspersoon die een studentenhuisvesting verhuurt of ter beschikking stelt.

De aanvraag van een kotlabel kan alleen gebeuren door de verhuurder via het Vlaams Loket Woningkwaliteit (VLOK).

Het Vlaams kotlabel is een recente vernieuwing in het landschap van de kotenverhuur. Het succes en de effectiviteit zal dan ook nog moeten blijken op lange termijn. Het biedt voor studenten alvast een eerste idee over de kwaliteit en betrouwbaarheid van een studentenkot.

Het kotlabel in regio Brussel:

Het kwaliteitslabel voor studentenwoningen bestaat niet alleen in Vlaanderen. Ook in het Brussels Gewest bestaat een soortgelijk initiatief, onder de naam “Kwaliteitsvolle studentenwoningen”. Artikel 254 van het Brussels Woonwetboek heeft deze mogelijkheid ingevoerd en de voorwaarden voor de toekenning van een dergelijk label worden bepaald door het besluit van de regering van 16 november 2017.

De toekenning van dit label is afhankelijk van drie voorwaarden: 1) de naleving van de basisvereisten op het gebied van veiligheid, hygiëne en uitrusting van woningen zoals bedoeld in het besluit van 4 september 2003 en in het besluit van 15 april 2004 tot vaststelling van de vereisten inzake brandpreventie in huurwoningen; 2) De woning moet worden verhuurd in de vorm van een studentenhuurcontract; 3) De verhuurder moet een formulier invullen met bepaalde verplichte informatie, waaronder de identiteit van de partijen die het huurcontract ondertekenen, een beschrijving van de woning en het bedrag van de huur en de lasten die op de woning van toepassing zijn.

Net als in Vlaanderen moet de verhuurder de aanvraag bij de overheid indienen. Hiervoor is een aanvraagformulier voor het label opgesteld om de administratieve procedures te vergemakkelijken.

Bij deze aanvraag moet de verhuurder het formulier voor dit doel bijvoegen, evenals een kopie van de huurovereenkomst, een kopie van het energieprestatiecertificaat en het bedrag van de huur en de lasten voor het pand vermelden.

Als het label wordt toegekend, is het vijf jaar geldig en kan het worden verlengd. De toekenning van dit label gaat ook gepaard met de mogelijkheid voor de regionale inspectie om te controleren of aan de voorwaarden wordt voldaan. Bovendien voorziet het besluit in de mogelijkheid om bij geschillen over studentenhuisvesting een beroep te doen op een erkende bemiddelaar.

Net als het label dat in het Vlaamse Gewest wordt gebruikt, maakt het label het mogelijk om de kwaliteit van de woning te erkennen en te profiteren van een betere zichtbaarheid op de vastgoedmarkt. Dit uniformiseringssysteem komt zowel de eigenaars als de studenten ten goede, die zo de verschillende woningen beter kunnen vergelijken en zich ervan kunnen vergewissen dat de studentenwoning een bepaald comfort biedt.

Het kotlabel in Wallonië:

In tegenstelling tot Vlaanderen en Brussel heeft het Waals Gewest geen uniform label voor zijn hele grondgebied ingevoerd. Toch zijn er wel vergelijkbare initiatieven in Waalse studentensteden, zoals in Charleroi.

De stad Charleroi heeft in een gemeentelijk reglement een reeks voorwaarden vastgelegd voor de toekenning van een kwaliteitslabel voor studentenwoningen. Verhuurders die een label voor hun woning willen krijgen, moeten hiervoor een aanvraag indienen via een formulier dat door de stad is opgesteld. Naast dit formulier moet het dossier de volgende documenten bevatten: een geldig huurcontract en een geldig EPC-certificaat.

Dit kwaliteitslabel van de stad Charleroi wordt door het gemeentebestuur toegekend aan studentenwoningen die voldoen aan de vereiste administratieve criteria en aan minimaal 5 van de 14 kwaliteitscriteria die in de gemeentelijke verordening hiervoor zijn opgenomen.

Hoewel het label bestaat, moet worden vastgesteld dat de invoering ervan een mislukking is voor de stad Charleroi. Volgens een enquête die begin 2025 door de krant “L’Avenir” werd gehouden, werd er namelijk slechts één aanvraag door een verhuurder ingediend om voor dit label in aanmerking te komen.

Indien u na het lezen van dit artikel nog vragen hebt, aarzel dan niet om ons te contacteren info @studio-legale.be.


[1] https://www.vrt.be/vrtnws/fr/2023/03/15/des-janvier-2024-la-flandre-aura-un-label-de-qualite-pour-les-k/

[1] https://www.vrt.be/vrtnws/fr/2023/03/15/des-janvier-2024-la-flandre-aura-un-label-de-qualite-pour-les-k/

[1] https://www.jubel.be/fr/un-label-kot-flamand-plus-transparant-et-uniforme/

[1] F. DE GRAVE, « Le nouveau label « logement étudiant de qualité » à Bruxelles », Bulletin Juridique & Social, 2018, n° 601, p. 2.

[1] Code bruxellois du logement, art. 254.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 16 novembre 2017 fixant les conditions que doivent remplir les logements d’étudiants en vue d’obtenir le label « logement étudiant de qualité », M.B., 6 décembre 2017.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 16 novembre 2017 précité, art. 3.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 septembre 2003 déterminant les exigences élémentaires en matière de sécurité, de salubrité et d’équipements des logements, M.B., 19 septembre 2003.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 15 avril 2004 déterminant les exigences complémentaires de prévention contre les incendies dans les logements mis en location, M.B., 5 mai 2004.

[1] F. DE GRAVE, op.cit., p. 2.

[1] https://be.brussels/fr/logement/location/conformite-logement/label-logement-etudiant

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 16 novembre 2017 précité, art. 6.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 16 novembre 2017 précité, art. 9 et 14.

[1] F. DE GRAVE, op.cit., p. 2.

[1] Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 16 novembre 2017 précité, art. 17.

[1] https://www.jubel.be/fr/un-label-kot-flamand-plus-transparant-et-uniforme/

[1] https://www.charleroi.be/vivre/logement-urbanisme/label-c-mon-kot

[1] Règlement de la Ville de Charleroi arrêtant les dispositions relatives à l’octroi du label « C Mon Kot » et « C Mon Kot + ».

[1]https://www.charleroi.be/vivre/logement-urbanisme/label-c-mon-kot#650632-quels-sont-les-criteres-de-qualite

[1] Règlement de la Ville de Charleroi précité, art. 7.

[1] Règlement de la Ville de Charleroi précité, art. 6

[1]https://www.lavenir.net/regions/charleroi/charleroi/2025/01/23/c-mon-kot-cest-un-flop-le-label-de-charleroi-pour-encadrer-la-qualite-des-logements-na-enregistre-quune-seule-demande-OLJBLCHTCJDHND5ZT3CVHR2DXM/

Hoofdwebsite Contact
afspraak maken upload






      GDPR proof area
      Upload uw documenten





      sleep uw documenten naar hier of kies bestand


      sleep uw briefwisseling naar hier of kies bestand











        Benelux (€... )EU (€... )Internationaal (prijs op aanvraag)

        Door de aanvraag in te dienen, verklaart u zich uitdrukkelijk akkoord met onze algemene voorwaarden en bevestigt u dat u onze privacyverklaring aandachtig heeft gelezen. Het verzenden van deze aanvraag geldt als een opdrachtbevestiging.
        error: Helaas, deze content is beschermd!