familierecht Archives - STUDIO-LEGALE
Categorie: familierecht

Wat indien je plotseling niet meer in staat bent je eigen beslissingen te maken? Wat indien het niet meer mogelijk is om je eigen vermogen te beheren? De zorgvolmacht biedt een oplossing!

Wat is een zorgvolmacht?

Een zorgvolmacht is een manier om aan een vertrouwenspersoon de bevoegdheid te verlenen om in jouw naam en voor jouw rekening keuzes te maken over je vermogen en je persoon indien je hier zelf niet meer toe in staat bent. Dit is bijvoorbeeld mogelijk door een mentale of fysieke gezondheidstoestand.

Het belang van een zorgvolmacht:

Een zorgvolmacht laat toe om later, indien je wilsonbekwaam zou worden, het beheer van je persoon en vermogen door een zelfgekozen persoon te laten uitoefenen. Een rechterlijke beschermingsmaatregel zal dus niet nodig zijn. Indien blijkt dat de zorgvolmacht te weinig bescherming biedt zal de rechter nog steeds in de mogelijkheid zijn om een bewindvoerder aan te duiden. Het is ook mogelijk dat de rechter aanpassingen doorvoert met betrekking tot de zorgvolmacht.

Indien een persoon geen zorgvolmacht heeft afgesloten zal de rechter bij wilsonbekwaamheid een bewindvoerder moeten aanduiden. Dit kan een familielid, vriend of professioneel bewindvoerder zijn. Personen die met elkaar getrouwd zijn, zijn in geval van wilsonbekwaamheid van één van de echtgenoten niet vanzelfsprekend elkaars bewindvoerders. Er zal nog steeds een rechterlijke tussenkomst moeten zijn waarbij de rechter zal bepalen wie het bewind zal uitoefenen.

Wie kan een zorgvolmacht afsluiten?

Een zorgvolmacht kan door elke wilsbekwame en meerderjarige persoon worden afgesloten. Vaak gaat men er, weliswaar foutief, vanuit dat een zorgvolmacht slechts van nut is bij oudere mensen. Op ongeval of ziekte staat geen leeftijd waardoor het een goede keuze is tijdig voor een zorgvolmacht te opteren. Een zorgvolmacht zal rust in hoofde van zowel uzelf, als uw naasten bieden omdat u ervan kan uitgaan dat de personen die u vertrouwt voor u zullen instaan.

Hoe stel je een zorgvolmacht op?

De opstelling van een zorgvolmacht hoeft niet in de vorm van een authentieke akte. Het kan voldoende zijn een zorgvolmacht onderhands af te sluiten. Een mondelinge zorgvolmacht is niet mogelijk om af te sluiten.

Voor de registratie zal het wel noodzakelijk zijn om de zorgvolmacht te registreren in het Centraal register voor Lastgevingsovereenkomsten (CRL).

Wie kan je aanstellen als lasthebber?

De opsteller van de zorgvolmacht heeft een ruime keuze voor het aanstellen van zijn lasthebber. Het is belangrijk dat de lasthebber hier voldoende aandacht aan besteedt. Het zal belangrijk zijn om iemand te kiezen wie je vertrouwt. De persoon in je zorgvolmacht zal immers belangrijke keuzes over je vermogen en persoon kunnen maken wanneer jij dit zelf niet meer kan.

De nieuwe wet van 8 november 2023 betreffende het statuut van de bewindvoerder geeft steeds de voorkeur aan een familiale bewindvoerder boven een professionele bewindvoerder. Het is echter wel zo dat indien er familiale spanningen zijn of men vreest voor misbruiken de rechter zal opteren voor een professionele bewindvoerder.

Het is dus thans wettelijke toegelaten om een professioneel bewindvoerder aan te duiden in een zorgvolmacht. Zo kan je de “best of both worlds” hebben. De eigen keuze wordt gewaarborgd en je hebt de controlemechanismes van het toezicht van de vrederechter op het professioneel bewind.

Zolang je wilsbekwaam bent is het mogelijk je zorgvolmacht te herroepen. Niet elke persoon komt in aanmerking als lasthebber. Zo zal het niet mogelijk zijn om het personeel van het woonzorgcentrum waar je verblijft aan te duiden als lasthebber.

Verder is het ook handig een eventueel alternatief voor je lasthebber aan te stellen. Het is mogelijk dat je lasthebber door overlijden of wilsonbekwaamheid zijn taak niet langer kan uitoefenen. Indien je zelf geen vervanger voor je lasthebber hebt aangeduid zal de rechter een bewindvoerder aanduiden voor het vervolg van de opdracht.

Welke bevoegdheden kunnen in zorgvolmacht worden opgenomen?

De bevoegdheden die in de zorgvolmacht kunnen worden opgenomen kunnen zowel het vermogen als de persoon betreffen. In de zorgvolmacht kan u zelf kiezen welke bevoegdheden de lasthebber mag uitoefenen.

Op vermogensvlak zijn drie onderverdelingen mogelijk. Het eerste betreft de daden van beheer. Dit betekent de daden die gericht zijn op het in stand houden van het vermogen. Bv. een betaling doen, je pensioen ontvangen etc. Een tweede categorie is het administratief beheer, dit kan een contract ondertekenen of je belastingaangiftes indienen zijn. Een derde en laatste categorie zijn de daden van beschikking. Deze daden kunnen de omvang van je vermogen beïnvloeden. Een voorbeelden hiervan zijn: je appartement verkopen of een schenking doen.

Het is ook mogelijk dat je gekozen lasthebber keuzes maakt over je persoon. Dit kunnen persoonlijke beslissingen zijn zoals je woonplaats, je contact met mensen of je recreatie. Voor belangrijke medische keuzes is het niet altijd duidelijk of een vertrouwenspersoon hierover kan beslissen. Daarom is het aan te raden buiten de zorgvolmacht wilsverklaringen af te sluiten. Deze verklaringen kunnen bijvoorbeeld de keuze omtrent euthanasie of orgaandonatie bevatten.

Wanneer treedt de zorgvolmacht in werking?

De zorgvolmacht zal bepalen wanneer de lasthebber mag beginnen optreden. De modaliteiten kunnen door de opsteller zelf bepaald worden. Zo is het mogelijk dat de zorgvolmacht bijvoorbeeld intreedt indien een van de artsen de wilsonbekwaamheid heeft vastgesteld in een medisch attest. Belangrijk te vermelden is dat zolang je zelf bekwaam bent om je vermogen en persoon te beheren je dit ook zelf zal kunnen doen.

Het is ook mogelijk dat de periodes van wilsonbekwaam- en wilsbekwaamheid elkaar afwisselen. Een zorgvolmacht zorgt ervoor dat je op wilsbekwame momenten zelf in staat bent om keuzes te maken.

Controle op de lasthebber:

De controle op een lasthebber zal slechts miniem zijn. Er is geen rechterlijke controle omdat het systeem van de zorgvolmacht ervanuit gaat dat je een lasthebber die je vertrouwt kiest. Wel is het mogelijk om in de zorgvolmacht zelf veiligheidssystemen in te bouwen. Zo kan je opteren voor meerdere lasthebbers die elkaar kunnen controleren of aanzienlijke beslissingen zoals transacties met een minimumbedrag samen ondertekenen. Het is ook mogelijk een toeziend lasthebber aan te duiden. Deze toeziend lasthebber kan misbruiken dan melden aan de rechter.

Voordelen van een zorgvolmacht:

De zorgvolmacht kent vele voordelen. Je kunt van tevoren bepalen wie jouw beslissingen mag nemen als je zelf niet meer in staat bent om keuzes te maken. De controle over je vermogen en je persoon wanneer jij dit zelf niet meer kunt zorgt voor een geruststelling in hoofde van de opsteller en zijn naasten.

De zorgvolmacht vermijdt een gerechtelijke tussenkomst tot het aanstellen van een bewindvoerder. Dit bespaart tijd, geld en stress. Verder blijven ook veel meer zaken privé in tegenstelling bij een gerechtelijke procedure.

De opsteller beschikt over een grote flexibiliteit en kan zelf zijn modaliteiten aanpassen in de zorgvolmacht. Dit zorgt voor het gemak van de lasthebber omdat alles duidelijk in de zorgvolmacht omschreven staat en de lasthebber op de hoogte is van zijn takenpakket.

Een laatste belangrijk voordeel is de emotionele geruststelling zowel in hoofde van de opsteller als in hoofde van de naasten. Het zorgt voor rust dat mocht er iets gebeuren, er voorzorgsmaatregelen getroffen zijn.

Indien u na het lezen van dit artikel nog vragen hebt, aarzel dan niet om ons te contacteren [email protected].

Bronnen:

PUNCHER, E., “Uw zorgvolmacht: hoe begint u eraan?” https://blog.dierickxleys.be/uw-zorgvolmacht-hoe-begint-u-eraan

LIEVENS, S., “De zorgvolmacht”, https://www.belfius.be/privatebanking/nl/actueel/thematische-artikels/zorgvolmacht/index.aspx

VAN DEN BROECK, A., “De zorgvolmacht: nu slim plannen voor morgen”, https://notasgent.be/blog/de-zorgvolmacht-nu-slim-plannen-voor-morgen

X., “De zorgvolmacht: voor jong en oud”, https://www.tijd.be/connect/wealth/de-zorgvolmacht-voor-jong-en-oud/10076610.html

X., “Wat te doen bij het opstellen van een zorgcontract of een zorgvolmacht?”, https://www.cm.be/nl/wat-te-doen-bij-het-opstellen-van-een-zorgcontract-zorgvolmacht

X., “Zorgvolmacht vs. bewind: notaris, opstellen en verschillen.” https://www.houseoffinance.be/kennis/zorgvolmacht-vs-bewind-notaris-handelingen-en-verschillen

Juridische bronnen:

Art. 490/1 oud BW.

Art. 490/2 oud BW.

Wet van 8 november 2023 betreffende het statuut van bewindvoerder over een beschermde persoon, BS 30 november 2023.

Vred. Oudenaarde 18 oktober 2021, T.Vred. 2022, afl. 5-6, 222.

Vred. Gent (4) 17 juli 2020, TGR-TWVR 2024, afl. 2, 88.

A. WYLLEMAN, “Buitengerechtelijke bescherming” in P. SENAEVE, F. SWENNEN en G. VERSCHELDEN (eds.), Meerderjarige beschermde personen, Brugge, die Keure, 2014, (23) 34.

Wij zijn op zoek naar gemotiveerde en enthousiaste studenten rechten of rechtspraktijk die ons team van advocaten tijdelijk kunnen ondersteunen en versterken bij het onthaal en telefonie van ons kantoor.

Dit biedt je de gelegenheid om kennis te maken met het reilen en zeilen van een advocatenkantoor.

Wij bieden je een zeer dynamische werkplek waar collegialiteit en teamspirit hoog in het vaandel worden gedragen.

Contacteer ons voor meer informatie op
03 216 70 70 of
[email protected]

#werk #vacature #job #hiring #werkwerkwerk #student #studentrechten #rechtspraktijken #advocatenkantoor #dictaat #klantvriendelijk #fulltime #interim #ikzoekwerk #werken #antwerpen #wilrijk #antwerpenzuid #nieuwzuid #provincieantwerpen

Sinds 19 juni 2021 is het (oud) Burgerlijk Wetboek een nieuw hoofdstuk ‘broers en zussen’ rijker. Het hoofdstuk kreeg een plaats onder Boek I ‘Personen’, Titel IX ‘Ouderlijk gezag en pleegzorg’ en bevat 3 nieuwe wetsbepalingen.

Het nieuwe hoofdstuk is van toepassing op de maatregelen die worden genomen in het kader van het ouderlijk gezag, de pleegzorg en op de plaatsing van een minderjarig niet-ontvoogd kind in het kader van jeugdbijstand en jeugdbescherming.

De nieuwe wetsbepalingen geven minderjarige broers en zussen twee uitdrukkelijke rechten:

  1. het recht om niet van elkaar te worden gescheiden en dus om samen op te groeien in hetzelfde gezin. Dit lijkt op het eerste zicht misschien evident, maar in de praktijk bleek dit na een scheiding van de ouders of plaatsing in de jeugdhulp vaak anders uit te draaien;
  2. het recht om op elke leeftijd persoonlijk contact te hebben met elkaar. Dit omgangsrecht bestond reeds voor grootouders en ieder ander persoon die aantoont een bijzonder affectieve band te hebben met een kind.

Deze rechten vloeien voort uit art. 8 EVRM (recht op eerbiediging van het privé-, familie- en gezinsleven).

Op deze rechten mag enkel uitzondering worden gemaakt wanneer dit in het belang van het kind zelf is, wat kind per kind wordt beoordeeld. Wordt een kind in zijn belang gescheiden van broer/zus, dan nog moet er maximaal gestreefd worden naar een behoud van persoonlijk contact met de broers en zussen, tenzij ook dit ingaat tegen het belang van het kind. Op die manier kan er desgevallend toch een regeling op maat worden uitgewerkt in het belang van alle broers en zussen. Zo voorziet de wet expliciet in een uitzondering wanneer een kind in een jeugdvoorziening wordt geplaatst als gevolg van het plegen van een jeugddelict. Logischerwijs wordt er dan niet ook voorzien in een plaatsing van de broers en zussen van de pleger.

De wetsbepalingen zijn niet enkel van toepassing op broers en zussen in de klassieke zin van het woord, maar ook op kinderen die samen binnen eenzelfde gezin worden opgevoed en die een bijzondere affectieve band hebben ontwikkeld met elkaar uit de samenwoning. Op die manier wordt er ook rekening gehouden met nieuw samengestelde gezinnen. Op het eerste zicht lijkt er dan ook sprake te zijn van een ruim toepassingsgebied, maar hierbij dient te worden opgemerkt dat er in de Belgische wetgeving geen definitie bestaat van ‘broer’ en ‘zus’. Er kan dan ook discussie ontstaan over het toepassingsgebied van de nieuwe wetgeving. In de rechtsleer wordt als definitie van broer en zus geopperd: iemand waarmee men minstens één gemeenschappelijke ouder heeft in afstamming of in volle adoptie.

Opdat de nieuwe wetsbepalingen hun doel volledig zouden bereiken – nl. broers en zussen samen laten opgroeien – werden ook een aantal andere wetsbepalingen gewijzigd:

  • 374 §2 lid 4 (oud) Burgerlijk Wetboek werd gewijzigd in die zin dat de Familierechtbank bij het uitwerken van een verblijfsregeling voor de minderjarige kinderen na scheiding van de ouders nu moet streven naar eenzelfde verblijfsregeling alle broers en zussen. Is dit niet mogelijk, dan moet de Familierechtbank verduidelijken hoe het persoonlijk contact tussen de broers en zussen moet verlopen;
  • 393 lid 2 (oud) Burgerlijk Wetboek werd gewijzigd in die zin dat de Vrederechter bij het onder voogdij plaatsen van kinderen bij voorkeur dezelfde voogd aanduidt voor alle broers en zussen, tenzij het belang van het kind anders vereist. Is dit niet mogelijk, dan moet de Vrederechter verduidelijken hoe het persoonlijk contact tussen de broers en zussen moet verlopen.

De nieuwe wetgeving heeft een belangrijke symbolische waarde. Er werden immers in het verleden al 6 wetsvoorstellen ingediend en nu (pas) wordt er eindelijk op algemene wijze erkenning gegeven aan de bijzondere band tussen broers en zussen. Er wordt echter op geen enkele manier in sancties voorzien. De vraag rijst dan ook wat er gebeurt wanneer broers en zussen toch van elkaar worden gescheiden en geen contact kunnen hebben met elkaar. De vroegere wetsvoorstellen hadden de bedoeling om de minderjarigen toe te laten deze nieuw verworven rechten zelf in rechte te kunnen laten afdwingen. Dit zou maken dat een minderjarige ‘procesbekwaamheid’ zou krijgen, hetgeen veel tegenkanting kreeg en uiteindelijk ook niet werd opgenomen in de uiteindelijke wetswijziging.

Het zal dan ook toekomen aan de actoren in de praktijk om de wetgeving effectief toe te passen zodat de nieuwe bepalingen geen dode letter blijven.

Dat de nieuwe rechten niet alleen symbolische, maar ook praktische relevantie hebben, is gebleken uit een arrest van het Grondwettelijk Hof van 21 april 2022.  De vraag die aanleiding gaf tot het arrest was of het recht om gehoord te worden als minderjarige in een procedure betreffende het bepalen van diens verblijfsregeling enkel toekomt aan die minderjarige of ook aan zijn halfzussen en halfbroers. Het Grondwettelijk Hof beantwoordt deze vraag positief en betrekt het recht op persoonlijk contact en het recht om niet van elkaar gescheiden te worden in haar antwoord door te stellen dat:

‘Wanneer een rechter zich dient uit te spreken over een voor een minderjarige geldende verblijfsregeling, zijn oordeel rechtstreeks kan raken aan de rechten van de halfzussen en halfbroers van die minderjarige, gewaarborgd bij artikel 375bis en 387septies-decies oud BW. Bij de beoordeling van wat de meest passende verblijfsregeling is, dient de rechter dan ook rekening te houden met die rechten. Daaruit volgt dat de rechter in dergelijke omstandigheden uitspraak doet in een aangelegenheid die niet alleen de betrokken minderjarige aangaat, maar ook diens minderjarige halfzussen en halfbroers.”

De 2 nieuwe rechten kunnen dus ook onrechtstreeks invloed hebben op de positie van broers en zussen in de ruime zin van het woord, zoals hier bijvoorbeeld in het kader van het hoorrecht van minderjarigen.

Hoofdwebsite Contact
afspraak maken upload






      GDPR proof area
      Upload uw documenten





      sleep uw documenten naar hier of kies bestand


      sleep uw briefwisseling naar hier of kies bestand











        Benelux (€... )EU (€... )Internationaal (prijs op aanvraag)

        Door de aanvraag in te dienen, verklaart u zich uitdrukkelijk akkoord met onze algemene voorwaarden en bevestigt u dat u onze privacyverklaring aandachtig heeft gelezen. Het verzenden van deze aanvraag geldt als een opdrachtbevestiging.
        error: Helaas, deze content is beschermd!