Wat
Bewindvoering is een beschermingsmaatregel die door een rechtbank (de Vrederechter) kan worden opgelegd wanneer een meerderjarige persoon niet (meer) in staat is om zijn eigen belangen te beheren. Denk aan personen met een mentale of fysieke beperking, personen met een psychische stoornis, personen met een hersenletsel, personen met een verslavingsproblematiek,…
Een minderjarige kan dus niet onder bewind worden geplaatst. Zij worden geacht voldoende te worden beschermd door het ouderlijk gezag en de voogdij.
Een persoon die onder bewind wordt geplaatst, wordt een ‘beschermde persoon’ genoemd. Deze persoon wordt door de beschermingsmaatregel onbekwaam voor bepaalde handelingen. De Vrederechter zal een bewindvoerder aanduiden die de beschermde persoon zal bijstaan of vertegenwoordigen bij het stellen van de aangegeven handelingen.
Wanneer
Het bewind als beschermingsmaatregel kan in twee gevallen worden opgelegd:
Verkwisters zijn personen die om ongerechtvaardigde redenen hun inkomsten op ernstige wijze verspillen zonder dat er sprake hoeft te zijn van een gezondheidsproblematiek.
Wanneer het bewind wordt ingesteld omwille van de gezondheidstoestand kan de bescherming betrekking hebben op de persoon, op de goederen of allebei. Bij een verkwistingsbewind kan de bescherming enkel betrekking hebben op de goederen.
De Vrederechter die oordeelt of een beschermingsmaatregel in de vorm van een bewind moet worden opgelegd, moet een aantal principes in acht nemen, nl. noodzakelijkheid, subsidiariteit en proportionaliteit. Dit houdt o.a. in dat: